Interview met Peter Mocking

2 juni 2022

Peter Mocking: ‘Wat ik doet wil ik afmaken’

Hij is wel ongeveer de súpervrijwilliger van het Máximapark. Hij coördineert de Krasse Knarren die het park netjes houden, en verzorgt excursies. En sinds kort is hij de beheerder van de onlangs geopende Werkschuur. Een gesprek over zijn leven in en om het Máximapark.

Peter werd geboren in 1950 aan de Alendorperweg, waar hij nu ook weer woont. Zijn vader had een kwekerij die lag tegenover Anafora. De ‘koningsboom’ in het park staat bijna in de achtertuin van zijn ouders. Zijn vader kweekte groenten (komkommer, tomaten sla, andijvie) en bloemen (chrysanten, Fuchsia’s, Geraniums (Pelargoniums) en perkplanten), zowel in kassen als op de koude grond.

Peter Mocking

Peter Mocking

Peter vertelt: ‘Toen ik twaalf was ging ik perkplanten telen en aan de deur verkopen: afrikaantjes, salvia’s, fuchsia’s en geraniums. Ik volgde de middelbare tuinbouwschool en heb vervolgens vele jaren gewerkt bij de Plantenziektenkundige Dienst van het Ministerie van Landbouw, in Wageningen. Door heel Nederland deed ik inspecties op vooral quarantaine ziekten en plagen in planten, bomen, zaden en bij een scala plantaardige producten bij de in- en export.

In 1990 werd Peter bedrijfsleider bij Proeftuin Vleuten. Toen maakte hij als Vleutenaar kennis met het fenomeen Leidsche Rijn en Máximapark. Peter: ‘Ik was net een paar maanden in dienst bij onderzoekscentrum de Proeftuin in Vleuten aan de Alendorperweg en was daar ook net naar toe verhuisd. Ik had mijn baan bij de overheid opgezegd, met alle zekerheid die daarbij hoort. Dat was even schrikken. Ik begreep dat er woningen moesten komen, maar dat er zoveel bedrijven moesten sluiten was een hard gelag. De Proeftuin, waar in de jaren ’80 de steenwolteelt is gestart (nu wereldwijd), is inderdaad in 1995 gesloten. Gelukkig vond ik ander werk.’ Daarna heb ik nog diverse banen gehad, en vanaf 2000 weer terug bij de Plantenziektenkundige Dienst tot aan mijn pensioen in 2016.’

PeterMocking

Peter Mocking bij het gereedschap in de werkschuur

In eerste instantie keek hij dus met gemengde gevoelens naar de komst van de wijk Leidsche Rijn. ‘Onze familie trof het niet direct. Mijn vader was net opgehouden, hij had zijn bedrijf verkocht aan de buurman. Zijn land werd water, daar kwam de Vikingrijn. Mijn ouders hebben trouwens het niet meer meegemaakt, zij zijn gestorven in 1992 en 1995. Een aantal tuinders is aan de Alendorperweg blijven wonen, die wonen daar nu prachtig. Voor sommige tuinders kwam die uitkoop als een geschenk, anderen waren heel vechtlustig. Een aantal is vertrokken: naar Zeeland, Almere, Harmelen, Bleiswijk, Canada. Voor jongere tuinders was het ook een kans om elders opnieuw te beginnen.’
Toen Peter hoorde over de aanleg van het Máximapark was hij zeer geïnteresseerd. ‘Dat was rond 2006, ik ging gelijk met de rondleidingen mee. Vele kassen stonden er toen nog. De kassen moesten gesloopt worden en op de voormalige tuinderijen werden bomen geplant. De Stichting Vrienden van het Máximapark was er toen al. Ik ben aangehaakt.’

Zijn taak binnen het bestuur is het organiseren van excursies en werkochtenden. Peter: ‘Het begon ooit met de “snipperdagen”. Overal waar parkontwerper Adriaan Geuze in het ontwerp van het park paden had ingetekend gingen wij houtsnippers gooien. Zodat je al een idee kreeg dat er een park kwam. Op twee hectare waar kassen hadden gestaan werd een bomenbank opgericht. Dat was voor grotere bomen die elders weg moesten. Het was voor mij een eldorado om daaraan mee te werken.’

 

Met de krasse knarren aan de slag op donderdagochtend

De werkzaamheden van de Krasse Knarren, aan wie Peter Mocking leiding geeft, zijn inmiddels verveelvoudigd. We werken elke donderdagochtend met zo 15 man aan het onderhoud van de Binnenhof van het Máximapark. Het is een groep mannen in de leeftijdscategorie 65 tot 88 jaar, hoewel een paar ook wat jonger zijn. Wat ze doen? Peter Mocking: ‘Grasmaaien. We maaien de randjes langs de wandelpaden. We hebben twee zitmaaiers, één bosmaaier, we maaien onder de fietsnietjes. We maaien bij de Vlinderhof, en bij de Waterpoort onder de Parkpergola. We hebben ook een speciale smalle maaier waarmee we onder door de smalle poortjes in de Pergola kunnen doormaaien. De ongelijke plekken bij de ‘kijkdozen’ (het kunstwerk Rituele Depositie) en bij de Koningsboom en de Samenloop. De waterlijn bij de Vikingrijn. En nog veel meer.’

Maar de werkzaamheden van de Krasse Knarren gaan verder dan het grasmaaien. Ze halen ook de distels en brandnetels onder de banken weg. Ze scheren de heggen een extra keer. Peter: ‘De gemeente doet dat één keer per jaar, maar het is mooier om het een keer extra te doen.’ In de winter dunnen ze de bomen uit. Er zijn bewust veel te veel geplant. Dat hoort bij aanleg nieuwe bossen. De bomen die ze omzagen leggen ze neer voor dieren en insecten. In de wintermaanden snoeien ze ook oude fruit- en andere bomen, ze halen de sloten uit, snijden het riet in de Vikingrijn weg. ‘Dat was op een gegeven moment tegenover Anafora zo hoog dat je de Vikingrijn niet meer kon zien.’ Ze maken vogelhuisjes en hangen ze op, maken broeihopen voor ringslangen, repareren de ijsvogelwand bij het Gat van Serton. Ze steken de bramen, steken de wilgenbomen en elzenbomen weg, knotten de knotwilgen. Ze zorgen voor de beplanting van de Parkpergola. ‘Dat is een betonconstructie waar de omwonenden in eerste instantie heel negatieve gevoelens bij hadden. Wij bedachten: hop groeit heel snel tot aan de nok, 6 meter hoog. Er staan 147 hopplanten, die we van Brouwerij Maximus hebben gekregen.’ Ze hebben er ook blauweregen en andere klimplanten geplant.

 

 

start van een rondleiding

start van een rondleiding bij de werkschuur

start van een rondleiding

met Peter Mocking op excursie door het Máximapark

Ook verzorgt Peter excursies door het park: ‘Ik heb wel elke week een excursie. Afgelopen zaterdag had ik een groep van 20 man voor een verjaardag in Anafora. Ze wilden graag eerst een excursie. Daar waren mensen bij uit Vaals, Groningen, Den Haag. Ik had een Vereniging van Volkstuinders. Een groep gemeenteambtenaren uit Antwerpen en Mechelen. Een tuinaanlegbedrijf uit bij Wijk bij Duurstede. Een groep architecten hier uit de omgeving. Ik vraag altijd wat hun interesse is, daar probeer ik bij aan te sluiten. Dan vertel ik over de geschiedenis van dit gebied. Die begint in 1122 met de afsluiting van de Rijn bij Wijk bij Duurstede, waarmee de loop van de Rijn werd verlegd naar de Lek. De Kromme Rijn en de Oude Rijn waren toen al behoorlijk verzand.

Ik vertel over de Vikingrijn, de vondst van de Romeinse en Viking-boten hier in de bodem, over de tuinders die hier gezeten hebben, over het park dat nog steeds niet klaar is, over bosbouw, over de kunstwerken, het ontwerp van Anafora, de Vlinderhof. Steevast krijg ik te horen hoe mooi ze het park vinden, en zo goed onderhouden.’ Zelf vindt hij de Vlinderhof, waar ik bij de aanleg zelf ook nauw betrokken was, de Japanse tuin en de Parkpergola de mooiste plekken, de gezichtsbepalende onderdelen van het Máximapark.

Zijn droom is dat de Japanse tuin ooit afkomt. Peter: ‘Ik stel mij voor dat die tuin zó wordt dat een Japanner erover zegt: Dit is mijn eigen tuin. Met een pagode erin, nog wat Japanse bruggetjes, en meer tuinbonsais. Dat gaat nog wel even duren vrees ik. Het heeft ook lang geduurd voordat onze werkschuur er stond. Maar ik ben er heel blij mee, we zijn daar lang mee bezig geweest.

Voor de Vlinderhof willen we ook graag een goed beheergebouw. Dit duurt ook al een tijd en wanneer hij komt weten we nog niet. Dat is jammer want we maken nu gebruik van een tijdelijke container die de eigenaar binnenkort weer terug wilt. Wat moeten we dan?

Het lastige is dat er bij de gemeente verschillende afdelingen en wethouders verantwoordelijk zijn voor de diverse thema’s die samenkomen in het Máximapark. De ambtenaren waar we mee samenwerken doen erg hun best, maar soms duurt het voor ons wel erg lang.

Zelf werkt Peter gemiddeld zo’n 20 uur per week aan het park. Onbetaald. Wat is zijn drive? ‘De gemeente zorgt voor een goede basis, een 6 en wij proberen er een 8 van te maken en díe plus valt veel bezoekers op. We stemmen de werkzaamheden met de ‘bosbaas’ van de gemeente af. Ook proberen we de bewoners van Leidsche Rijn aan het park te binden met onderhoudsactiviteiten waar iedereen aan mee kan helpen.’ Van hem mag er trouwens wel een tweede Peter Mocking bij komen. Maar hij denkt er niet over om te stoppen. ‘Wat ik doet wil ik afmaken.’

 

Voor een excursie kunnen geïnteresseerden dit aanvragen via info@maximapark.nl.

Tekst: Lucie Th. Vermij

start van een rondleiding

Even koffiepauze met de vrijwilligers op zaterdagochtend